30 juni 2022

Algemene Politieke Beschouwingen 2022

Algemene Politieke Beschouwingen 2022

De raadsvergadering van donderdag 30 juni 2022 stond in het teken van de Algemene Politieke Beschouwingen van de Urker Gemeenteraad. De politieke partijen brachten hun speerpunten naar voren voor het komende jaar en de komende raadsperiode. De coalitiepartijen brachten de doelen van het coalitieakkoord naar voren, en de oppositiepartijen probeerden steun te vinden voor de zaken die zij belangrijk vinden. In de Kaderbrief gaf het college van burgemeester en wethouders inzicht in de plannen en voornemens. Onderstaand leest u er meer over.

Jaarrekening 2021

Raadslid Geert Post reageerde namens SGP Urk op de Jaarrekening 2021. Deze sluit met positief resultaat. De reserves zijn met €5 miljoen gegroeid. De SGP is daar blij mee. De vooruitzichten waren begin 2021 anders. Complimenten voor het College en de ambtelijke organisatie.

1e Tussenrapportage 2022

Naar aanleiding van de 1e tussenrapportage voerde fractievoorzitter Jacob de Borst het woord. Hoewel we natuurlijk coalitiepartner zijn kunnen we in het dualisme het college kritisch volgen. Ten aanzien van de beoogde investering van €200.000 in het gebouw aan het Noorderzand leven bij de SGP wel twijfels. De notitie geeft iets meer helderheid. Voor ons personeel moet worden voldaan aan de ARBO eisen. Dat staat buiten kijf, maar als er sprake is van achterstallig onderhoud, is er dan in de afgelopen jaren ook bespaard op onderhoud? De SGP is blij met de toezegging om in het najaar te spreken over de omgang met reserves. De Tussenrapportage valt niet mee. Het wordt nog een hele kluif om de negatieve lijn om te buigen. Prioritering is daarbij belangrijk. De SGP stemt wel in met de nota.

Urk moet bestuurd worden

Onder deze titel sprak Jacob de Borst de bijdrage van SGP Urk uit.

Klik hier om de bijdrage terug te zien

Onderstaand de integrale bijdrage.

Wijlen mijn schoonvader placht menigmaal tot mij te zeggen: “Vreemden zullen over u heersen”. En over mijn hoofd heen zei hij dat natuurlijk tegen zijn dochter, toen nog mijn verkering. Dit sentiment kreeg zijn hoogtepunt op onze bruiloft in Irene. Daar werd een stukje opgevoerd met daarin als refrein: "Vreemde snuut, wat doen jie in oenze laaand". Maar omdat mijn vriendin haar jonge meisjeshart volgde, staat er nu een vreemde hier voor u. Had mijn schoonvader ook gelijk?

In dit huis hebben we een mix van Urkers en niet-Urkers. De laatsten op Urk dus ‘vreemden’ genoemd. Als ik naar het college kijk, dan is het percentage vreemden daar hoog: afkomstig uit Bruinisse, Eemdijk, Friesland. Als ik onze raadsleden langs ga, dan kom ik ook diverse geboorteplaatsen tegen: Noordoostpolder, Veenendaal, Rotterdam. En dan heb ik het nog niets eens over raadsleden die geboren zijn in Lelystad of een ander ziekenhuis. Indien ik naar ons dorp kijk, dan zie ik nog veel meer niet-Urkers: Polen, Roemenen, andere nationaliteiten en de laatste weken veel Oekraïners. Dus ja; vreemden. In onze raad overheersen ze niet, maar heersen doen ze wel. En voor de goede orde, ik bedoel heersen als synoniem voor ‘besturen’.

De meeste gemeenten willen autonoom zijn en blijven. Dat geldt zeker voor Urk. En dat is goed verklaarbaar. Bijna 1000 jaar zijn we genoodzaakt onze eigen boontjes te doppen. Maar volledige autonomie is wel voorbij. Anno nu maakt Urk onderdeel uit van grotere bestuurlijke eenheden: gemeenschappelijke regelingen, verbonden partijen en convenanten. In het sociale domein werken we op beleidsterreinen samen met Almere en Dronten. Het zijn samenwerkingsverbanden die in deze tijd niet meer weg te denken zijn, maar die ook loslaten betekenen. Loslaten van invloed en verantwoordelijkheden delen. En soms kan dat zorgen geven: hoe behouden wij als Urk ons eigen gezicht en identiteit? Dat kan door bij iedere ontwikkeling in de regio ons steentje bij te dragen met een hoge kwalitatieve inbreng. Niet alleen op inhoud; ook in geschrift. Daarom investeren we in de gemeentelijke organisatie in kwaliteit en kwantiteit. Urkers of vreemden? Voor de SGP staat kwaliteit bovenaan, maar wel met mensen die ‘feeling’ hebben met onze lokale samenleving en pal staan voor behoud van onze eigenheid.

Als raad moeten we niet bang zijn ons eigen functioneren zo af en toe eens tegen het licht te houden. Dat geldt ook voor het systeem en onze manier van vergaderen. Is het wel effectief; kan het beter? De SGP komt binnenkort met een uitnodiging om een werkgroep in te stellen die onze vergaderstructuur objectief gaat bezien en beoordelen op kwaliteit en effectiviteit. De werkgroep kan adviseren verbeteringen aan te brengen of een andere werkwijze te gaan volgen, zoals bijvoorbeeld de BOB-structuur. In deze werkgroep wil de SGP ook de omvang van de griffie beschouwen.

 

Kwaliteit kost geld, maar ook tijd. En gebrek aan voldoende voorbereidingstijd met onze huidige vergaderstructuur is voor de SGP-fractie prangend. Volgens ons reglement van orde is de tijd tussen publicatie van de stukken en de raad- of commissievergadering slechts 7 dagen. Trek daar de zondag van af; en het fractie-overleg, het coalitie-overleg, het presidium-overleg, het agenda-commissie-overleg en de verjaardag van mijn tante en je hebt geen avond meer over om de stukken te lezen; te herlezen, te bespreken; laat staan te laten beklijven. Voorzitter, de SGP-fractie heeft een motie voorbereid om die 7 dagen te wijzigen in 14 dagen. Tijd is een voorwaarde om kwalitatieve bijdragen te leveren aan het besturen van Urk.

IMAGO

Ik zou een opsomming kunnen geven van zaken waarmee ons prachtige dorp in het nieuws komt. Ook u kunt dat. En die nieuwsfeiten zijn niet altijd positief. De beeldvorming over Urk lijdt daar onder. Ik noem een voorbeeld: Urkerdag. Een mooie dag? Jazeker. Trots op Urk? Zeker weten. Prachtige plaatjes van in dracht gestoken mensen gingen de hele wereld over. Dinsdagavond na Pinksteren zei een dorpsgenoot tegen me: “Met het Urkerdagconcert in de Bethel hebben we de dag waardig afgesloten”. Hij heeft gelijk. Maar ik heb ook een andere geluid gehoord: op diezelfde dinsdag. Een vreemde, een overtuigd atheïst, die vanuit Brabant naar Urk was afgereisd, zei ’s morgens tegen me: “Het was net carnaval: iedereen was dronken; het verschil was, dat ze allemaal hetzelfde verkleed waren”. Natuurlijk is dit een karikatuur maar het deed me wel pijn. Wil de SGP geen Urkerdag meer? Die moet zeker blijven. Maar willen wij deze beeldvorming over Urk? En het kan zo heel anders. De lovende pers over ‘Eiland in de verte’ met de indrukwekkende samenzang op zondagavond, levert veel meer credits op en grote waardering voor de vele vrijwilligers. En zo wil ik als vreemde best op Urk werken en kan ik trots zijn op mijn baan. Laten we allemaal werken aan het sterke verhaal van Urk.

VISSERIJ

We kunnen en willen niet om de visserijproblematiek heen. Het raakt onze gemeenschap tot op het bot. Morgen komt de minister naar Urk en wij rekenen erop dat het College hiervoor indringend en opnieuw aandacht vraagt. Wat de visserij ontbreekt is perspectief. Er wordt door de overheid niet of heel traag gereageerd op de ontwikkelingen. Wat betreft de toekomst zijn door de minister van LNV diverse regelingen in het vooruitzicht gesteld om de vloot naar aard en omvang aan te passen. Denk in dit verband aan het Noordzeeakkoord waarin de gebruikers en andere stakeholders overleggen over de ruimtelijke ordening op de Noordzee. Echter, bij het bieden en realiseren van toekomstperspectief ontbreekt bij de overheid de urgentie. De visserij realiseert zich dat wind op zee en natuurcompensatie onvermijdelijk zijn en tegelijkertijd grote impact zullen hebben, met verlies aan belangrijke visgronden. Daarvoor was in het Noordzeeakkoord ook € 120 miljoen bestemd voor aanpassing van de vloot. Hiervan is nu nog slechts € 45 miljoen over, de rest is, zonder overleg met de sector, ingepikt om gaten in de voorjaarsnota te dichten. De visserij ervaart dit als een werkwijze van een onbetrouwbare overheid die terugkomt op eerdere toezeggingen. Aan de ene kant is het heel belangrijk om door de huidige crisis te komen. Maar, zoals eerder aangegeven, veel belangrijker is het bieden en ook creëren van toekomstperspectief. De vloot moet na een herstructurering qua omvang ook een kans geboden te worden om met meer duurzamere schepen een toekomst in te gaan. En de puls hoort daar bij. Laat een belangrijk deel van de financiële middelen die beschikbaar zijn (en we praten over meer dan € 400 miljoen [compensatie verlies Brexit, en Klimaatfonds - investeringspakket duurzame voedselvoorziening]) hiervoor aangewend worden. Dan help je de sector, de vloot en alle bedrijvigheid die daar achter vandaan komt, echt verder. (visafslagen, toeleveringsbedrijven, handel en verwerking). Urk als viscentrum van Europa.

Voorzitter, de algemene beschouwingen is wat de SGP betreft een moment om uiting geven aan een toekomstvisie en een discussie over plannen die het college van B&W voor de komende jaren heeft gepresenteerd. Het beleid voor de komende jaren is pas vorige maand vastgelegd in het coalitie-akkoord en moet zijn beslag nog krijgen in het collegeprogramma. Daarom breng de SGP nu wat prioriteiten aan waarmee u rekening kunt houden in het collegeprogramma.

  1. De energie-transitie; leveringszekerheid en meer dan zon en wind. Het zijn termen uit het coalitieakkoord waarbij de SGP meegeeft om ook biovergisting van visafval eens te beschouwen. Misschien is het een deel van de oplossing voor het oude dorp.
  2. Bij inbreilocaties hoeft de gemeente zelf de ontwikkeling niet ter hand te nemen. Derden kunnen dat ook. Hoe sneller er woningbouw gerealiseerd wordt; des te sneller hebben onze inwoners woonruimte voorhanden. In dit verband noemen we ook het Noorderzand weer. De volgorde dient wat ons betreft omgedraaid te worden: eerst gemeentewerken verplaatsen; het terrein laten ontwikkelen en daarna het gebied er om heen aanpakken. Bij het thema woningbouw hoort het continu monitoren van de woonbehoefte en de woonvorm. Ook noem ik de huisvesting van arbeidsmigranten en studenten. En alles moet in het werk gesteld worden om archeologische vondsten (hoe belangrijk ook) geen vertraging van bouwprojecten te laten zijn.
  3. Jeugdhonkenbeleid en in combinatie daarmee gepaste horeca, moet wat de SGP-betreft, snel uitgerold worden.
  4. Een visie op onze industrieterreinen in combinatie met aandacht voor het parkeren van vrachtwagens moet voortvarend opgepakt worden. Niemand van ons weet hoe de visserij zich gaat ontwikkelen. Krijgen we een herhaling van het wonder van Urk of wordt nu toch waar wat voor de inpoldering op de tekentafel is bedacht: Urkers moeten maar aan de wal gaan werken? Maar dat betekent dat de diversificatie van bedrijven op onze industrieterreinen ruim baan moet krijgen. Overleg met de buurgemeente over het convenant hoort daarbij.
  5. Als SGP komen wij met de suggestie om gesloten begraafplaatsen in een stichting onder te brengen die voor verdere instandhouding zorg draagt en die daarvoor ook gelden vanuit de gemeenschap kan aanboren.
  6. Het coalitieakkoord spreekt uit dat kotters welkom blijven in de haven. Verschillende gesprekken met kottereigenaren vertellen ons het tegendeel. Wij roepen u op hier snel mee aan te slag te gaan. Onze haven is wat de SGP betreft, zeker een haven voor de eigen vloot.
  7. De kaderbrief geeft financieel zwaar weer aan: de prijsstijgingen vliegen ons om de oren. Het vraagt om een grote inspanning om aan het eind weer op nul uit te komen. Dat betekent ook voor deze raad beheersing als het gaat om ontwikkelen of voortzetten van beleid met financiële impact. Onderzoek of extra financiële fondsen aangeboord kunnen worden, is noodzakelijk. En onderzoek of wij meer doen dan onze kerntaken, biedt inzicht in onze bestedingen. Prioritering van projecten kan de pijn wat verzachten. Hiervoor hebben wij een tweede motie opgesteld.

Voordat ik mijn algemene beschouwing afrond, het volgende. Hoe Urk bestuurt moet worden, is beschreven in een boek. Namens de SGP-fractie wil ik, samen met onze moties, u dit boek aanbieden.

Voorzitter, we staan niet alleen aan het begin van een nieuw begrotingsjaar; ook aan het begin van een nieuwe bestuursperiode. Het is voor SGP een behoefte om daarbij Gods Zegen toe te wensen aan hele organisatie; aan het college en aan deze Raad. De weduwe Ruth sprak in het gelijknamige Bijbelboek in hoofdstuk 2 vers 10 tot Boaz: “Dat ge me kent, daar ik een vreemde ben”. Dat was een uitspraak hier op aarde; van mens tot mens; zeg maar in het horizontale. Het spreekt van waardering. Van beneden naar Boven bestaat het ook en zo’n gestalte is van oneindig veel meer waarde. “Waarom heb ik genade gevonden in Uw ogen, dat Gij mij kent, daar ik een vreemde ben?” Zouden we elkaar zo’n leven niet toewensen? Robert Murray M’Cheyne sprak ook over vreemdelingen en ik citeer:

Eens was ik een vreemd’ling voor God en mijn hart; ‘k Gevoelde geen schuld en ik kende geen smart Ik vroeg niet “Mijn ziele doorziet gij uw lot? Hoe zult gij rechtvaardig verschijnen voor God? 

Beluister hier het lied

De SGP wenst u allen van harte Gods Zegen op uw werk.

Bronvermelding afbeelding

Rijksmuseum, Boaz en Ruth, Rembrandt van Rijn, ca. 1645 pen en bruine inkt, met witte dekverf, h 126mm × b 143mm